In deze blog vertelt Karel van Delft over zijn recente schaakbelevenissen.

Lucas Smid geeft training in quizvorm

Afgelopen vrijdagavond bezocht ik een jeugdtraining van Lucas Smid. Meer informatie over hem staat bij het onderdeel databank schaaktraining. Het onderdeel over en van Lucas wordt nog uitgebreid. Klik op de foto voor een video van de training.

Lucas Smid geeft elke vrijdagavond schaakles aan twee jeugdgroepen van De Schaakmaat. Dat gebeurt in wijkcentrum De Stolp in Apeldoorn. Eén van zijn trainingsgroepen heeft Stap 3-niveau, de andere groep ongeveer Stap 4 of 5. De lessen duren 45 minuten. Daarna spelen de kinderen interne competitie. Smid behandelt regelmatig partijen in quizvorm. In de regel is daarbij sprake van een thema.

Een aantal lessen voor de kinderen van Stap 4/5 gaat over vooruitdenken. ‘Je moet bij elke stelling denken: welke mogelijkheden heb ik. Anders overzie je soms wat’, vertelt Smid vrijdag oktober 2011 aan de kinderen. Als je zo naar een stelling kijkt, kom je tot een paar kandidaatzetten die je gaat uitrekenen en tegen elkaar afwegen. De beste kies je dan. Zie hier voor de besproken partij.

Vooruitdenken is best lastig. Het is eigenlijk een vorm van blindschaken, want je mag de stukken niet bewegen als je bedenkt wat er kan gaan gebeuren. Het is helemaal lastig omdat je ook rekening moet houden met zetten die je tegenstander kan doen. Je weet niet hoe hij denkt en het is ook niet aantrekkelijk om goede zetten voor je tegenstander te bedenken. Toch is dat wel nodig, als je niet voor verrassingen wilt komen te staan. Vooruitdenken is een vaardigheid en vaardigheden moet je oefenen. Oefening baart kunst. Als je toch moet oefenen, kun je dat maar het beste op een leuke manier doen. Veel kinderen vinden het leuk op punten te scoren bij een training. Het is een vorm van onderlinge competitie en een leuke uitdaging. Een ander voordeel van partijbespreking in quizvorm is dat de kinderen zelf actief nadenken als ze antwoorden bedenken. Je kunt kinderen niet alleen maar laten luisteren tijdens een training, legt Smid uit. ‘Na tien minuten is het dan al gedaan met de concentratie, dat is logisch.’

De kinderen van Stap 3 leren deze avond via een quiz hoe je een open h-lijn kunt creëren en benutten. Zie hier voor de partij.

De quizvorm werkt zo: Bij belangrijke zetten moeten de kinderen eerst zelf nadenken en een antwoord op een blaadje schrijven. Soms gebeurt dat individueel, soms kunnen de kinderen met andere kinderen overleggen. Daarna worden de diverse antwoorden besproken en kent de leraar punten toe.

Lucas Smid verzamelt de quizpartijen uit partijverzamelingen van toernooien. Hij selecteert daarbij op thema’s die aansluiten op het niveau van zijn leerlingen. Partijen van de kinderen zelf analyseert Smid niet. ‘De tijd is beperkt, je moet keuzes maken. Ik kies voor thema’s en goede voorbeelden die op hun niveau aansluiten.’

In de Stappenmethode is ook een boekje gewijd aan vooruitdenken. Voor meer informatie, zie

www.schaakbond.nl/home/nieuwsarchief/2010/vooruitdenken

De site van schaakvereniging De Schaakmaat is www.deschaakmaat.nl

Gepost: 9 oktober 2011

 

Brainwave rapid

Afgelopen zaterdag heb ik meegedaan aan het Brainwave rapidtoernooi in het Keizer Karel College in Amstelveen. De organisatie van dit erg sterk bezette (dozijn IM's, GM's), goed georganiseerde en gezellige toernooi was in handen van IM Robert Ris en zijn vader Wim. Robert Ris gaf ook een simultaan aan deelnemers van een jeugd grandprix. Een verslag staat binnenkort op de site van Zukertort Amstelveen. Mijn partijen waren van wisselend niveau. Verzuimen toe te slaan met mat in één leverde een prachtig voorbeeld op voor mijn onderzoeksproject 'psychologische schaakvuistregels'. Meer tevreden kon ik zijn over een partij tegen Niels van Dam (rating 2059), die ik verloor na bij flarden goed spel. Het diagram toont het moment waar ik de fout in ga. Het diagram kan ik echter nog jaren gebruiken als uitspeelstelling in jeugdtrainingen. Door vechtschaak maakte ik remise tegen Rob Bodicker (rating 2022). Ik tel bewust mijn zegeningen. In de (zelf)managementslectuur staat dat je successen moet vieren en psychologisch gesproken valt daar veel voor te zeggen. Op de foto speelt Ris een simultaanpartij tegen Mick van Randtwijk. Ook de toernooiwinnaar GM Dimitri Reinderman (links) staat op de foto. De andere twee schakers zijn FM Sjef Rijnaarts en FM Matthew Tan. Als je klikt op de foto van FM Sjef Rijnaarts zie je een filmpje.

Sjef Rijnaarts stuurde een bijdrage in voor dit weblog: Robert Ris had in Amstelveen een leuk en erg sterk rapidtoernooi (20 min p.p.p.p.) neergezet met grote namen als Nijboer, Reinderman en vele anderen. Zo was ik 14e geplaatst. Uiteindelijk heb ik een redelijke uitslag neergezet: gewonnen van op papier zwakkere spelers, verloren van sterkere spelers (Robin van Kampen en Maarten Solleveld) en een halfje tegen Rob Schoorl. Zo eindigde ik 4,5 uit 7 in de grijze middenmoot. Tegen Lorena Zepeda speelde ik een dubieuze partij in de de Najdorf (poisened pawn) met een leuk slot.

Gepost: 9 oktober 2011

De groeten uit Hamburg

Merijn meldt dat de mannen van Deep Chess (waaronder GM Sebastian Siebrecht en IM Georgios Soleidis) Hamburg hebben bezocht. Daarvan hebben ze schaakvideoverslagen gemaakt. De eerste staat inmiddels online.

Gepost: 9 oktober 2011

Boeiende jeugdtrainersdag in Arnhem

Zo'n honderd jeugdleiders, schaakouders en andere belangstellenden hebben zaterdag 1 oktober in het Olympus College in Arnhem een interessante jeugdtrainersdag bijgewoond. Voor de organisatie tekenden de regionale bonden SBO en OSBO alsook de KNSB. Voor het programma zie www.schaakbond.nl/opleidingen/landelijke-themadag-jeugd

Deelnemers konden diverse workshops volgen. Zelf heb ik workshops van IM Cor van Wijgerden over de Tutor-methode (uitbreiding van Stappenmethode) en bordvisie (leren voorkomen van blunders) gevolgd. Ook woonde ik een lezing van Arlette van Weersel (zie foto) bij over het begeleiden van jeugdschakers.

Van Wijgerden vertelde over de voordelen van de Tutor-methode (met gratis demo op internet) die een uitbreiding vormt van de Stappenmethode. De Tutors hebben een heldere instructie, ze zijn grafisch mooi, er zijn veel oefeningen (heel belangrijk om kennis en inzicht op te doen en vaardigheden te ontwikkelen), meer toetsen (mix van verschillende opgaven) en je kunt stellingen uitspelen (er hangt een engine achter).

Van Wijgerden wees op het belang van veel variatie, herhalen en het automatiseren van vaardigheden (je werkgeheugen is beperkt, dus je kan maar een paar nieuwe dingen tegelijk toepassen). Tactiekstudie is erg belangrijk. Hij verwees naar de successen van het Polgar-syteem en publicaties als van Michael de la Maza die 400 elopunten in 400 dagen in het vooruitzicht stelt. Volgens Van Wijgerden moet je alleen wel zin en onzin weten te scheiden in dat verhaal.

Net als andere computermethoden heeft ook de Tutor-methode het nadeel dat er geen foutenanalyse plaatsvindt. Daarvoor moet je bij een schaakleraar terecht, maar je kunt natuurlijk deels wel zelf achterhalen wat je tactisch fout hebt gedaan.

Iedereen kan schaakleraar worden en velen bakken er niets van. Aldus Van Wijgerden. Als je kinderen begeleidt neem je een verantwoordelijkheid op je en dan kun je dus maar beter wel goed lesgeven. Het helpt als als je de didactische handleidingen bij zijn Stappenmethode leest en af en toe met een andere schaakleraar feedback en tips uitwisselt. Misschien kom je er dan wel achter dat het contraproductief is om beginnende schakertjes huiswerk mee te geven. Wellicht is het wel beter om ze spelletjes te leren waardoor ze spontaan die spelletjes gaan spelen en spelenderwijs vaardigheden ontwikkelen. Misschien kunnen schaakleraren elkaar ook wel tips geven over omgaan met grote niveauverschillen in een groep: subgroepjes maken en eventueel sterkere leerlingen vragen om zwakkere te helpen. Dat vinden ze vaak leuk.

In zijn onderdeel over bordvisie (voorkomen van blunders) vertelde Van Wijgerden dat het belangrijk is om kinderen vroeg te leren om geen stukken weg te geven. Aanvankelijk maakt dat hen niet uit, want ze hebben toch een hele 'dierentuin' met zestien stukken en pionnen en degene die de laatste fout maakt, verliest. Een paar jaar later breekt dat op. Veel oefenen in aanvallen en verdedigen van stukken is van niet te onderschatten belang. Je kunt het ook oefenen via de diverse spelletjes als 'routeplanners' op de dvd's. Daarbij is het belangrijk dat er aanvankelijk weinig stukken op het bord staan. 'Ruis' leidt af van de essentie. Speciale aandacht vraagt Van Wijgerden in dat verband voor les 5 van Stap 1 (verdedigingsles). Dat gedachtengoed is gebaseerd op de opvatting van Van Wijgerden en zijn overleden mede-auteur Rob Brunia dat kinderen eerst de materiaalfase goed moeten doorlopen voordat ze aan de ruimtelijke en tijdfase beginnen. Van Wijgerden adviseert om partijen van kinderen te bekijken, hun fouten te noteren en die met hen te bespreken.

Dat je dergelijke zaken beter vroeg kunt leren sluit overigens aan bij theorieën over 'gevoelige perioden' en onderzoek van de Russische psycholoog GM Nicolai Krogius (boek 'Psychologie im Schach') waar uit blijkt dat schakers die na hun tiende jaar zijn begonnen, later significant meer tactische fouten maken. Je leert na je tiende ook niet meer vloeiend Chinees.

Arlette van Weersel (afgestudeerd Master in Coaching op de Johan Cruijff University) hield een betoog over het belang van inzicht in de psychologie van kinderen die je begeleidt. Ook is het belangrijk dat je van jezelf begrijpt hoe je begeleidt en dat je eigen coachingstijl aansluit op het type kind. Kinderen hebben verschillende karakters en leerstijlen. Om een optimaal leer- en prestatierendement (ook leuk voor het kind zelf) te halen moet je met dergelijke factoren rekening houden. Introverte kinderen klappen bijvoorbeeld dicht en daar merk je niet direct iets aan. Binnen lesgroepen heb je uiteenlopende kinderen. Het is nuttig om uiteenlopende werkvormen te gebruiken, zodat je optimaal aansluit op uiteenlopende leerstijlen. De een is meer een doener, de ander overdenkt zijn zaakjes. Laat ze allemaal aan hun trekken komen. Het is ook handig om jezelf en de kinderen de juiste vragen te stellen. Stopt een kind met schaken omdat zij het stom vindt? Of is verliezen misschien niet leuk? En is verliezen misschien wel te voorkomen, of kun je er anders tegen aan kijken? Als een kind in de stress schiet tijdens een toernooi, moet je hem zo snel mogelijk uit die situatie halen en andere perspectieven tonen. Voorkomen is beter dan genezen. In de praktijk valt dat niet altijd mee. Zelf dacht Van Weersel na een paar nullen op het laatste dames-NK ook 'wat doe ik hier?!'

Theoretisch baseert Van Weersel zich op publicaties van onder meer Peter Murphy en de psycholoog Jan Huijbers. Die borduren voort op psychoanalyse en karaktertypologieën. Dat is niet mijn ding. Voor wie er op door wil studeren, zie bijvoorbeeld de Myers Briggs Persoonlijkheidstesten. Of heb het er eens met Arlette over.

Gepost: 2-10-2011

Bezoekers uit 40 landen op site www.chesstalent.com

Kijkers zijn geen kopers, maar het doet me deugd dat er in de maand september 482 unieke bezoekers (met kennelijk veel meer hits) zijn geweest op de site www.chesstalent.com. Op die site presenteer ik het boek 'Developing Chess Talent'. Dat is de vertaling van het boek 'Schaaktalent ontwikkelen', dat ik samen met mijn zoon Merijn heb geschreven. De boeken geef ik in eigen beheer uit. Er zijn er inmiddels ruim 500 exemplaren van de Engelstalige versie verkocht. Op de site staat een lijstje wederverkopers in veertien landen. Ook verkoop ik via PayPal aan particulieren. Dat varieert van de jeugdbondscoach van Sri Lanka tot een IM-schaakcolumnist in Brazilië. Ook diverse bibliotheken bezitten het boek, onder meer de Cleveland Public Library die de grootste collectie schaakboeken ter wereld bezit.

Gepost: 2-10-2011